Skip to main content

Zelf je ski's slijpen

Klein onderhoud aan je toerski’s kun je gemakkelijk zelf doen. Het slijpen van de kanten is een dankbaar karweitje. Op harde sneeuw of ijs heb je veel meer grip wanneer je kanten goed geslepen zijn. Wanneer je medio april gaat toeren en ’s morgens vroeg een zuidhelling moet afdalen, dan wil de sneeuw nog weleens als beton aanvoelen en dan is het fijn om goede grip te hebben. Als de sneeuw zacht is, dan heb je natuurlijk niet zulke scherpe kanten nodig. Tijdens pisteskiën op je slappe toerski’s voel je het verschil waarschijnlijk het meest.

Ski goed inklemmen

Het is handig om de ski horizontaal in te klemmen met de staalkant naar boven, zodat de staalkant en het grootste deel van het belag vrij liggen. Je kunt daarvoor speciale skiklemmen gebruiken, maar een workmate voldoet ook. Zorg dat de stoppers van de binding niet in de weg zitten, door de binding in de stijgstand te klappen of door de stoppers met een postbode-elastiek naar de binding te trekken.

Juiste slijphoek bepalen

Het slijpen van de kanten vergt wel enige precisie. De staalkanten van een ski worden onder een hoek geslepen en dat luistert vrij nauw. Een halve graad meer of minder kan de eigenschappen van de ski flink beïnvloeden. Daarom gebruiken de meeste mensen een kunststof houder met een verstelbare vijl erin om de kanten onder de goede hoek te slijpen. Op de houder kun je met een stelwiel de optimale hoek kiezen, waarbij de range meestal in stappen van een halve graad van ongeveer 87 tot 90 graden loopt. De grote vraag daarbij is natuurlijk wat die optimale hoek zou moeten zijn. Als je de ski’s een keer hebt laten slijpen bij een sportwinkel, kun je daar navragen onder welke hoek ze hebben geslepen en diezelfde hoek kiezen. Je kunt ook met een watervaste viltstift de staalkant zwart kleuren en met weinig druk de slijper langs de kant halen om te zien of de kant gelijkmatig wordt afgeslepen. Als een deel zwart blijft, dan moet je de hoek iets verstellen en nogmaals proberen.

 

Eerst bramen verwijderen

De staalkanten worden gemaakt van een vrij zachte staalsoort. Als je tijdens het skiën een keer een steen hebt geraakt, dan heb je soms een deukje of kras in de staalkant die aan de zijkant voor een uitstulping zorgt. Op die plek verandert de kristalstructuur van het staal en wordt het extra hard. Op die plekken moet je eerst met een slijpsteen wat afslijpen, alvorens met de vijl in de weer te gaan. Als je een slijpsetje koopt, dan zit daarbij meestal een slijpsteen die in dezelfde kunststof houder past als de vijl. Met enkele korte halen verwijder je de uitstekende delen. Daarna kun je met de vijl met een rustige, lange beweging de kant slijpen. Druk de slijper goed plat op het belag, zodat de hoek voorspelbaar blijft. Eventueel kun je met een diamantvijl nog een laatste touch geven.

Elke kant heeft twee zijden die geslepen moeten worden: de zijde die net naast het belag ligt en de zijde die daar bijna haaks op staat. Het staal naast het belag heeft meestal ook een kleine hoek ten opzichte van het belag. Daarom kun je de vijl meestal op 2 manieren in de kunststof houder plaatsen. Sommige mensen gebruiken liever een lange vijl waarbij ze om 1 einde een papiertje wikkelen dat over het belag glijdt en de vijl aan één kant een beetje optilt. Dat is wellicht wat minder precies dan wanneer je een instelbare houder gebruikt. 

Werk bij het slijpen altijd van de tip van de ski naar de achterkant. Op de vijl van de slijpset staat een pijl die de werkrichting aangeeft. In de tegenovergestelde richting doet de vijl niets. Zet de vijl zo in de houder dat de richting goed is voor de kant die je onder handen neemt en draai de vijl daarna om voor de andere kant van je ski.

Uiteinden niet te scherp

Ter hoogte van de binding mag de kant lekker scherp zijn, maar bij de uiteinden van de ski niet. Voor een korte roetsj-bocht, moet de ski daar nog een beetje dwars op de skirichting kunnen driften. Als de uiteinden te scherp zijn, dan bijt de ski altijd vast in de sneeuw en wil hij alleen nog maar carvebochten maken. Na het slijpen kun je de uiteinden dus weer wat afzoeten. Fijnproevers gebruiken daarvoor ook wel een speciale polijst gum. Over welke lengte dat precies moet gebeuren, is het domein van fingerspitzengefühl, yin en yang, en het geheim van topsportteams. Voor gewone stervelingen is 15-25 cm waarschijnlijk een aardige richtmaat. De variant voor luie mensen met haast, is dat je alleen het middelste deel van de kanten onderhanden neemt en de uiteinden laat voor wat ze zijn. Dat kan eventueel in 2 minuten op de parkeerplaats naast de auto.

Laatste tip: slijp niet te veel weg, dat is niet nodig voor een scherpe kant. De truc met de viltstift geeft meestal een aardig inzicht in waar je een laagje verwijderd hebt. Laat hieronder maar weten hoe jij met de slijper in de weer bent en wat dat oplevert.

Je moet inloggen om info toe te voegen of vragen te stellen.